Geen doolhof

Zondag was een speciale dag. Een me-time dag. Of eigenlijk een goed-voor-mezelf-zijn-dag. Lekker uitslapen (wat prima gaat als ik eerst opsta om de kat te voeren) en daarna meditatie en yoga. Allebei! Geen iPad, Huawei of iMac. Op 1 mailtje na; checken of de buurtkatten voer nodig hadden. Gezond ontbeten met havermout en later op de fiets naar de Stad Gods. Echt iets voor de zondag. Een flink stuk gefietst om er te komen. De locatie had ik trouwens ook nog opgezocht op Google Maps. Een leven zonder internet is misschien wel Zen, maar ook best onhandig. 1,5 uur fietsen op mijn stadsfiets met te zachte banden en mijn slippertjes aan. Ik hou van zongebruinde voeten.

2 fietsende nonnen in wit habijt. Gevonden! De Stad Gods was verder verlaten, dus vroeg ik de dames of het goed was dat ik dat ‘rondje’ ging wandelen. U bedoelt?? Oh dat. Ja hoor, ik mocht dat ‘rondje’ wel wandelen. Dit begon niet goed! F*ck (sorry non) hoe heet het nu ook alweer? Het is geen doolhof. Het is een …. Nee, ik kwam niet op het woord. Gewoon verdergaan, dan komt het vanzelf. Fiets parkeren en even naar het stiltecentrum – een verbouwde hooiberg – om tot mezelf te komen. 2 lange minuten later.. nog steeds geen alternatief voor doolhof. Dan maar gewoon beginnen.

Ik loop naar buiten en start. Voet voor voet. Bewust. Adem in. Adem uit. Doolhof. Doolhof.. Iets met een ‘y’.. Nee. Loslaten. Loslaten. Leef in het nu. Stap, stap. Aha, mijn voeten worden echt al lekker bruin! Zen, Ellis. Nu! Stap, stap. En eindelijk. Eindelijk wordt mijn hoofd stiller. Ik loop het pad. Ik draai bewust de bochten. En ik word rustig. Ruimte om te genieten, want ik hoef alleen maar te lopen. De weg wijst zich vanzelf. Geen idee hoe lang nog, want ik heb geen overzicht. En dat hoeft ook niet. Stap, stap. Ik zie de kuddes schapen naast mij. Ik hoor de lunchende nonnen. Stap, stap. Ik ruik de bomen en voel de zon.

Na afloop geniet ik nog even van het uitzicht en de stilte voor ik mijn fiets pak en terugga naar de echte wereld. Waar ik meteen een file zie met in de verte  brandweer. Een enorme, zware tak is van de boom gebroken en versperd het fietspad waarover ik aankwam. Geluk gehad! Opgelucht fiets ik verder. En verder. En verder. Moe gefietst kom ik thuis. Eerst genieten van een gerookt makreeltje en walnoten. Alleen fruit was toch niet zo’n goed idee. Met de bruine voetjes op de bank pak ik toch mijn iPad weer. Googelen op ‘geen doolhof’. Vooral uitleg over doolhof. Grrr. Maar dan zie ik het!

ippla·by·rint (het; o; meervoud: labyrinten)